“Rule #12: The correct number of bikes to own is: ‘n+1’. While the minimum number of bikes one should own is three, the correct number is n+1, where n is the number of bikes currently owned.
Artikel gaat verder onder banners
Gravel, snert, trappist & vuurkorven:
- Zondag 3 november 2024
- 65 of 90km prachtig gravel
- De Kempen en het Vlaamse grensgebied
- Cobbles '24 windbody optioneel
Fietsmanagement
Je begint met een simpele fiets, om een paar keer per zomer te fietsen. Na een tijdje wil je jezelf toch wel eens in koers meten, waarvoor natuurlijk een betere fiets nodig is. Wellicht is een setje tubewielen daar ook handig bij. De koersfiets dient uiteraard nog even gefinetuned te worden met een beter stuur en een passende stuurpen. Zonder dat je het door hebt is dit het begin van een bijzondere toekomst.
Wielrennende student?
De ‘n+1’ regel in acht nemende, dient men met een lastig tafereel af te rekenen. Hoe meer ‘het wagenpark’ van een renner groeit, hoe meer management er nodig is. Zeker voor een wielrennende student (of studerende wielrenner) als ik is er geen budget paraat voor 5 complete fietsen.
Je merkt dat het lastig is de winter door te komen. Zo ontstond in mijn geval plots de primaire levensbehoefte aan een cyclocross fiets. De fragiele groep die hierop zat wilde ik natuurlijk niet ‘opcrossen’, waardoor deze op de wegfiets moest komen. Zo ‘moest’ er een nieuw kader komen, die opgebouwd werd. Ondertussen worden er ook nog cassettes, zadeltjes en wielen gekocht om wat ‘marginal gains’ of comfort te verkrijgen. Resultaat: straatarm, maar enorm rijk aan materiaal.
Hersenkraker
Ik heb in mijn leven tunnels gebouwd, bruggen berekend en andere lastige vraagstukken opgelost, maar fietsmanagement spant toch echt wel de kroon. Nachten wakker, dagen aan een stuk denkend. Overleggen met wijze adviseurs leverde gelukkig veel inzicht op.
Verschillende klassen groepsets, 10- en 11-speed, mechanisch en elektronisch. Ook de wielen variëren hierin en de zadelpennen hebben andere diameters. Uiteraard zie je het liefst alle fietsen compleet of in ieder geval voldoende compleet voor het beoogde gebruik. Het belangrijkste is helder te krijgen welke fiets welke functie mag vervullen, zodat je zo min mogelijk nieuw spul hoeft in te slaan:
– koersfiets;
– klim/kasseienfiets;
– crosser/winterfiets;
– tacxfiets.
Het is lastig om alles in elkaar te fantaseren. Een crosscrank, compact en twee dubbels. Welke fiets dient welk verzet te hebben? Waar moet welk zadel op dat het ook qua kleurstelling verantwoord is? Welke wielen passen bij welke groep en horen dus bij welke fiets? Welke kabels moeten extern? Welk 11-speed wiel kan eventueel nog op een 10-speed groep?
Gat in de hand
Tijdens het sleutelen en monteren krijg je naast materiaaltekorten ook te kampen met gereedschapstekorten. Zodoende keldert het banksaldo drastisch, maar het moraal gaat de tegenovergestelde richting in. Wat is het een machtig mooi gevoel om alle projectjes goed te zien lopen. Trots als een pauw, met pikzwarte vingers en het zweet op het voorhoofd staar ik vanaf een roze-getinte wolk naar mijn zojuist afgeronde project. Alles zit in elkaar, alles draait en veel is ‘gerecycled’
Drama
De telefoon gaat. Het is mijn vader, die onlangs een nieuwe fiets kocht. Er zit toch een te groot verzet op. Of ik niet nog een derailleur met lange kooi, en compact crank en een korte stuurpen voor hem heb. “Mijn eerste fiets had hij immers toch betaald en ik deed er niks meer mee”.
Fietsmanagement. Het is nooit echt af, het kan altijd beter en er is altijd iets of iemand die roet in het eten gooit. Mijn naam is Nol van Loon, en ik ben fietsverslaafd.